De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath}

Reageren...

Re: Tweede orde dv

Stel dat er met 2 spelers gespeeld wordt en met vier dobbelstenen gegooid wordt. Speler A krijgt een punt wanneer er nergens een 3 in voor komt.
Speler B krijgt een punt als in één van de 4 dobbelstenen een drie voorkomt. Hoe leg je theoretisch uit dat dit niet eerlijk is?

Antwoord

Speler A:
De kans om met 4 dobbelstenen géén 3 te gooien, is (5/6)·(5/6)·(5/6)·(5/6) = 625/1296 0,482 (voor iedere dobbelsteen die je gooit is de kans op succes 5 van de 6, dus 5/6)

Speler B:
De kans om één of meer 3'en te gooien is 1 - (5/6)·(5/6)·(5/6)·(5/6) 0,518. Deze kans is dus groter, het spelletje is dus niet eerlijk, in het voordeel van speler B...

Of bedoel je dat speler B preciés één 3 moet gooien om een punt te winnen? In dat geval:

De kans op precies één 3 = (5/6)·(5/6)·(5/6)·(1/6)·4 0,386. In dit geval is het spelletje ook niet eerlijk, en is speler A in het voordeel. (De kans op succes kan op 4 verschillende manieren gebeuren: 1edobbelsteen gooi je 3, of de 2e, of de 3e of de 4e. Vandaar dat je nog eens met 4 moet vermenigvuldigen)


Gebruik dit formulier alleen om te reageren op de inhoud van de vraag en/of het antwoord hierboven. Voor het stellen van nieuwe vragen kan je gebruik maken van een vraag stellen in het menu aan de linker kant. Alvast bedankt!

Reactie:

Klik eerst in het tekstvlak voordat je deze knopjes en tekens gebruikt.
Pas op: onderstaande knopjes en speciale karakters werken niet bij ALLE browsers!


áâæàåãäßçéêèëíîìïñóôòøõöúûùüýÿ½¼¾£®©




$\mathbf{N}$ $\mathbf{Z}$ $\mathbf{Q}$ $\mathbf{R}$ $\mathbf{C}$
Categorie: Differentiaalvergelijking
Ik ben:
Naam:
Emailadres:
Datum:18-5-2024